Pistachetaart met labnehroom

Verhit de oven tot 165 °C. Vet de bodem en zijkanten van twee springvormen van 20 cm doorsnede in en bekleed ze met bakpapier. (Heb je maar een bakvorm, dan kun je die twee keer gebruiken.)

Hak de pistachenoten fijn in een keukenmachine tot ze op gemalen amandelen lijken. Schep 150 gram in een grote kom (bewaar de rest voor erover), met het zelfrijzend bakmeel, de kaneel, kardemom, baksoda en het zout en klop door elkaar.

Doe de suiker en zachte boter in een andere grote kom en klop 3-4 minuten met een handmixer op halfhoge stand tot ze licht en luchtig zijn. Schraap het mengsel van de zijkanten met een spatel naar onderen. Verlaag de stand tot halfhoog en voeg steeds een derde deel van de eiwitten toe; mix steeds tot ze helemaal zijn opgenomen in het beslag voor je het volgende deel toevoegt. Schraap het mengsel van de zijkanten weer met een spatel naar onderen, verhoog de stand tot hoog en klop 1 minuut, tot het mengsel mooi glad is. Klop de yoghurt en vanille er 30 seconden door en schraap het mengsel nog een keer van de zijkanten naar onderen. Verlaag de stand tot laag en voeg steeds een derde van het meelmengsel en een derde van de melk toe. Klop tot ze zijn opgenomen door het beslag voor je het volgende deel toevoegt. Je moet een glad beslag krijgen.

Verdeel het beslag over de ingevette springvormen (ca. 650 g per vorm). Bak 37-40 minuten, of tot een spies schoon uit het midden van de taart komt. Laat de oven aan staan. Laat beide taarten helemaal afkoelen in de springvormen. (Het liefst laat je beide taarten helemaal afkoelen in hun vormen, maar als je maar een vorm, laat dan de eerste iets afkoelen en haal hem voorzichtig uit de vorm. Bekleed de springvorm opnieuw en bak de volgende taart.)

Bekleed een bakplaat met bakpapier. Schep in een kom de ingrediënten voor de topping door elkaar. Scheid de kataifireepjes met je vingers zodat ze niet aan elkaar kleven. Verspreid ze over de beklede bakplaat en bak in 15-20 minuten goudbruin; schep halverwege om. Zet opzij en laat helemaal afkoelen.

Klop met een handmixer (of met een garde en een sterke arm) in een kom de ingrediënten voor de labnehroom ongeveer 1 minuut door elkaar, tot er zachte pieken zijn. Is de room te dik, voeg dan een scheutje melk toe om het wat smeerbaarder te maken. Zet tot gebruik in de koelkast.

Zijn de taarten afgekoeld, haal ze dan uit de springvormen en gooi het bakpapier weg.

Stel de taart samen: leg een van de taarten op een taartplateau (een draaiende is het best, als je die hebt). Smeer met een geknikte spatel net iets minder dan de helft van de labnehroom over de bovenkant van de taart; smeer het gelijkmatig uit. Leg de tweede taart erop. Bestrijk met de spatel de boven- en zijkant van de taart met de rest van de labnehroom. Je wilt het rustiek houden dus het hoeft niet perfect te worden. Bestrooi de bovenkant van de taart met de kataifi, gevolgd door de achtergehouden gemalen pistachenoten.