Als je een wijnkaart opent, lees je allemaal namen van druivenrassen, wijnhuizen, streken, dorpen en landen. Hoe moet je ooit jouw wijn kiezen? Daarom is het handig om te weten welke druivenrassen er zijn, welke de typerende smaakkenmerken daarbij horen en welke verschillende namen gangbaar zijn voor dit type wijn. Zo leest de wijnkaart voortaan veel gemakkelijker! Hier krijg je een spoedcursus wijn, speciaal voor de feestdagen. Deze week gaan we verder met de rode wijnen.
Merlot
– Komt uit: Bordeaux in Frankrijk, Toscane in Italië, Oost-Europa, Zuid-Afrika, Californië, Chili en Argentinië
– Smaakkenmerken: verse vijgen, cassis, bessen en pruimen. Door zijn grotere bessen en dunnere schil geeft hij in het algemeen wijnen met minder tannines (bitter, wrang) en meer weelderigheid, die makkelijker te genieten zijn door de volle soepele smaak. Het zijn gulle wijnen met veel smaak.
– Typische wijnen met de Merlot druif: Lalande de Pomerol en Saint-Émilion, welke namen duiden op het wijndistrict.
Pinot noir
– Komt uit: Bourgogne, Champagne en Elzas in Frankrijk, Duitsland, Oost-Europa en de VS
– Smaakkenmerken: viooltjes, rode bessen, pruimen, kers, framboos, zachte kruiden en bij rijpere (oudere) wijnen een beetje stallucht en natte herfstbladeren.
– Typische wijnen met de Pinot noir druif: Gevrey Chambertin en Pommard, twee prijzige wijnen wiens namen verwijzen naar hun gemeente in de Bourgogne.
Sangiovese
– Komt uit: Toscane, Emilia Romagna, Marche en Umbrië in Italië
– Smaakkenmerken: bramen, zwarte bessen, kruiden, specerijen en een volle stevige afdronk. Door de grote hoeveelheid aan subrassen variëren ze van waterig dun tot intens vol en zeer hoog van kwaliteit.
– Typische wijnen van de Sangiovese druif: Chianti en Brunello. Chianti is het wijnbouwgebied waarnaar de wijn vernoemd is en Brunello is een andere benaming voor de Sangiovese.
Nebbiolo
– Komt uit: Piemonte in Italië
– Smaakkenmerken: tonen van rood fruit, met name frambozen, florale tonen zoals viooltjes en geraniums, rozenblaadjes, en aardse tonen zoals (bos)grond, paddenstoelen en teer. Ook wel de koning onder de Italiaanse druiven genoemd.
– Typische wijnen van de Nebbiolo druif: Barolo en Barbaresco. Barolo verwijst naar een dorp en Barbaresco naar een gemeente.
Tempranillo
– Komt uit: heel Spanje maar vooral uit Rioja, Navarra en Ribera del Duero – Smaakkenmerken: bessen, rozijnen, bramen en kersen gecombineerd met milde kruidigheid van leer, tabaksbladeren en specerijen. Vaak vanille door houtrijping. Zijn zuurgraad is relatief laag, wat de toegankelijkheid ten goede komt.
– Wijnen met de Tempranillo druif staan beter bekend als de Rioja wijnen. Dit terwijl Rioja een regio is en dat geldt overigens ook voor de Ribera del Duero. Een van de bekendste wijnhuizen uit de rioja waar dus de Tempranillo druif wordt gebruikt is Marques de Caceres.
Garnacha/Grenache
– Streek: Rhone en Rousillon in Frankrijk, Corsica, Sardinië en Spanje
– Smaakkenmerken: de druif heeft een hoog suikergehalte en heeft daarmee een hoge alcoholpotentie. De druif is krachtig, maar bevat weinig tannines (wrang, bitter). In geur en smaak ervaart men sappig fruit, bramen, pruimen, kersen en specerijen als peper, laurier en kaneel.
– Typische wijnen met de Grenache druif: Cannonau uit Sardinië en Chateauneuf du Pape, welke naam verwijst naar de gemeente.
Door gastblogger en sommelier Jacqueline Borgers van restaurant La Vina
Volg restaurant La Vina ook op Facebook!
Doe jij mee met deze stoomcursus wijn? Voel je je beter voorbereid voor Kerst en Oud & Nieuw? Of kies je nu andere wijnen? Verras ons dan met een foto of leuk berichtje via Facebook of Instagram! Gelukkige feestdagen gewenst!
0 reacties